De congregatie van de O.-L.-Vrouw van Lourdes maakt al 125 jaar van onderwijs haar grootste prioriteit in Oostakker. Ze zorgde voor nieuwe kansen aan minderbedeelden, betrokken hen in hun gemeenschap en zorgden voor hun eigen levensonderhoud. Het verhaal van de Broeders van Glorieux start wanneer haar grondlegger, pastoor Glorieux op 25 november 1830 de opdracht kreeg om een congregatie van Broeders te stichten.
Deze nieuwe stichting werd een ‘Modelinstituut’ voor haar stichter. Ze bracht een onderkomen voor zijn ‘Broeders en toekomstige Zusters van Goede werken’ en hun respectievelijke activiteiten rond onderwijs en liefdadigheid. De stichting werd een symbolisch gebaar van hoop op bestendigheid.
Wanneer de broeders in 1887 door markiezin de Courtebourne - de Nédonchel gevraagd werden om een jongensschool te beginnen in de wijk ‘Slotendries’ in Oostakker was dit een uitgelezen kans voor de broeders uit Ronse. De markiezin stelde drie hectare grond achter de grot ter ere van O.- L.- Vrouw van Lourdes ter beschikking, om er een school met drie klassen te bouwen. Het Algemeen Bestuur van de broeders vond deze locatie zo geschikt, dat ze aan de markiezin vroegen om ook een groot weeshuis te mogen bouwen op die grond. Het “Moederhuis” werd van Ronse overgebracht naar Oostakker en de Broeders van Goede Werken namen de naam “Broeders van O.L.V. van Lourdes” aan.
Deze wending vormde de start van de opbouw van het Glorieux-Instituut, nu bekend als EDUGO in Oostakker en omstreken. De eerste steen kwam er in 1887, een jaar na de dood van de markiezin. Op vraag van de markiezin betrokken de broeders kansarmen voor de opbouw van de school. Ze gaven hen kost en inwoon.
De school en de congregatie groeide. In de loop van de komende eeuw kwamen er onder andere een kostschool, een beroepsschool, stallen, magazijnen, een pensionaat en een afdeling houtbewerking. Er kwam een klooster met kapel, een turnzaal en studiezaal.
De congregatie kreeg in 1892 een eigen pauselijk statuut. Dat zorgde ervoor dat zij zich enkel dienden te wenden tot hun eigen overste en zij volledig verantwoordelijk waren voor hun eigen doen en laten. In 1910 werd de congregatie opgesplitst in twee zogenaamde provincies: Nederland en België.
Hun bevoegdheden werden duidelijk omschreven: zelf hun activiteiten kiezen, zelf de financiën beheren, zelf de opleiding verzorgen van kandidaat-broeders, enz… In België kreeg onderwijs als activiteit van de congregatie de bovenhand. In Nederland was dat ziekenzorg.
Samen met de bouw van het Noviciaat in 1934, kwam er ook een eigen kerkhof in de kloostertuin. De stoffelijke overblijfselen van de stichter en van de broeders werden van het gemeentelijk kerkhof van Oostakker overgebracht naar het nieuwe kloosterkerkhof. Het zorgde ervoor dat Oostakker een bedevaartsplaats werd voor ‘Broeders en Zusters van Glorieux’.
In 1936 kwam de bouw van de nieuwe Normaalschool aan de beurt, in de stijl van die jaren: nieuwe zakelijkheid. De laatste grote aanbouw was het houtatelier in 1981.
Omdat het aantal werkzame broeders in het instituut sterk verminderde en de bewakingsopdrachten in het internaat bijna wegvielen, werd in 1983 voor de broeders een afzonderlijk Broederhuis gebouwd, waar ook gepensioneerde en zieke broeders een thuis hebben gevonden. Dit gebouw kreeg later de naam Zorgcampus Glorieux. Dit Broederhuis heeft haar doel al bewezen: een thuis en een ontmoetingsplaats. Op 1 januari 2017 droegen de broeders het Broederhuis over aan WZC De Foyer vzw. De traditie van zorg voor de broeders wordt zo voortgezet, gedragen door een kleine medewerkersgroep voor persoonlijke zorg, maar bijgestaan door een multidisciplinair team aan kennis.
Wie is WZC De Foyer?
WZC De Foyer vzw ontstond onder de naam Foyer de la Femme vanuit het feminisme. Al meer dan 100 jaar neemt zij een belangrijke positie in binnen de ouderenzorg. Onder de noemer ‘Trots op 80!’ vormen vrijheid en zorgzaam respect daarbij steeds de rode draad.
WZC De Foyer bestaat momenteel uit vier campussen: WZC Weverbos (Gentbrugge), WZC De Zilvermolen (Zwijnaarde), WZC Zilversterre (Gent) en Zorgcampus Glorieux (Oostakker).